Uit Net NL: Tandje opschakelen

Begin juli presenteerde Ed Nijpels het Nationaal Klimaatakkoord op hoofdlijnen. De inhoud duidt erop dat de energietransitie binnenkort echt op stoom komt. Tegelijkertijd zijn er signalen dat de netbeheerders nu al worstelen met capaciteit, zowel van het net zelf als qua menskracht. De netbeheerders gaan toch geen roet in het eten gooien?

placeholder

Begin juli presenteerde Ed Nijpels het Nationaal Klimaatakkoord op hoofdlijnen. De inhoud duidt erop dat de energietransitie binnenkort echt op stoom komt. Tegelijkertijd zijn er signalen dat de netbeheerders nu al worstelen met capaciteit, zowel van het net zelf als qua menskracht. De netbeheerders gaan toch geen roet in het eten gooien?

 

Netbeheerders die er niet in slagen om nieuwbouwwoningen binnen de wettelijke termijn aan te sluiten op de energienetten. Zonneparken die vertraging oplopen doordat de infrastructuur de enorme groei hiervan niet aankan. Of doordat er simpelweg niet genoeg technici beschikbaar zijn om het zonnepark aan het bestaande netwerk te koppelen. Rutger van der Leeuw, directeur Infra bij Enexis Netbeheer, erkent dat het aanpoten is. “We zitten in een perfect storm”, legt hij uit. “Na de economische crisis trekt de bouw nu sterk aan. Tegelijkertijd schieten de windmolens, zonneparken en -daken als paddenstoelen uit de grond. Er komt veel werk op ons af. Terwijl we in de uitvoering juist met een terugloop te maken hebben. Veel vaklieden uit de babyboomgeneratie zwaaien af, en de aanwas van jonge technici ontwikkelt zich niet snel genoeg om hun vertrek op te vangen én aan de groeiende vraag te voldoen. Wij hebben op dit moment 70 vacatures die we moeilijk ingevuld krijgen.”

02_TANDJE-BIJ_1600x768-200

Complexer werk

Het is een combinatie van factoren waar vrijwel alle netbeheerders tegenaan lopen. Zo steeg bij Stedin het aantal aanvragen voor aansluitingen tot 10 MVA de afgelopen vijf jaar met 46 procent. “Ondertussen wordt het ook steeds complexer om aansluitingen te realiseren”, vertelt manager aansluitingen Barthjeu Ammerlaan. “Er zit veel wet- en regelgeving omheen en we moeten bijvoorbeeld vaker bodemonderzoek doen voordat we tot aansluiting overgaan. In die extra capaciteit die op alle vlakken nodig is, zit ook voor ons de grootste uitdaging.”

'We bewegen hemel en aarde om onze bedrijfsklassen vol te krijgen’

Hemel en aarde

Alle hens aan dek dus om in rap tempo zo veel mogelijk technici op te leiden voor het uitvoerende werk, zodat de netbeheerders niet de rem op de energietransitie worden. “De vergrijzing zagen we al lange tijd aankomen”, zegt Van der Leeuw. “Maar toen de crisis kwam, hebben we als sector onze aandacht enigszins van dat probleem laten afleiden. Ook omdat het in die zware marktomstandigheden mee leek te vallen. Daar hebben we onszelf geen plezier mee gedaan. Inmiddels bewegen we weer hemel en aarde om onze bedrijfsklassen vol te krijgen. Er volgen nu 100 jongeren een vakopleiding bij ons; dat aantal groeit volgend jaar naar 140.” Ook Stedin trekt alles uit de kast om het tekort aan technici te lijf te gaan. Ammerlaan: “We hebben sinds 2015 via de uitvoering van de slimme meters 200 monteurs aangetrokken die we opleiden tot werkniveau 2 en 3. Naast deze zij-instromers leiden we tot 2020 ongeveer 150 jongeren op tot vakvolwassen monteurs. En dit voorjaar is de eerste groep statushouders bij ons in opleiding gegaan; de tweede groep start aan het einde van het jaar.” Dankzij intensieve wervings- en opleidings-initiatieven is de pijplijn weer redelijk gevuld. “Op de korte termijn kunnen we vooruit”, aldus Ammerlaan. “Maar willen we ook na 2020 voldoende arbeidscapaciteit hebben, dan moet er echt nog een tandje bij.”

€5 miljard
de geschatte investeringen die de netbeheerders tot 2030 moeten doen in infrastructuur om de energietransitie soepel te laten verlopen. Naar verwachting lopen die kosten na 2030 met tientallen miljarden op. 

Investeren in infrastructuur

Ondertussen zijn behalve investeringen in het opleiden van technici, ook investeringen in de infrastructuur nodig om ruim baan te maken voor de energietransitie. Nu al dreigen netten regionaal zo zwaar belast te raken dat er eigenlijk geen grote aansluitingen meer bij kunnen. Zoals in Friesland en Zeeland, waar zonneprojecten om die reden stil liggen. Dat de benodigde aanpassingen aan de netten op zich laten wachten, is ook weer deels het gevolg van een tekort aan technici. Bovendien nemen de procedures die voor bijvoorbeeld het opwaarderen van een schakelstation doorlopen moeten worden, al gauw één tot drie jaar in beslag.

Efficiënter met huidige netten

Het kost miljarden om de infrastructuur in te richten op de energietransitie en een aardgasvrije toekomst. Van der Leeuw: “Het gaat om enorme bedragen – wij steken elk jaar 10 procent meer geld in onze netten. Over twee jaar zitten we op een miljard. Om die maatschappelijke kosten binnen de perken te houden, onderzoeken wij ook manieren om efficiënter gebruik te maken van de huidige infrastructuur. Bijvoorbeeld met ‘smart charging’, waarbij je ervoor zorgt dat niet alle elektrische auto’s om 18.00 uur beginnen op te laden als iedereen ermee thuiskomt. Maar ook door naar onze gasnetten te kijken: hoe zorgen we dat die geschikt zijn voor duurzame gassen zoals groen gas of waterstof en andersom?”

Stroomvraag verschuiven

Ondertussen schuiven netbeheerders proactief aan tafel bij alle belanghebbenden om de energietransitie in goede banen te leiden. Bijvoorbeeld wanneer zich knelpunten voordoen, zoals nu bij de Zuidplaspolder in Zuid-Holland, waar Liander en Stedin beide elektriciteitsnetten beheren. Ammerlaan: “Het net van Liander is vol en dat van ons bijna. We zijn daarom in overleg met de grote bedrijven in de regio in hoeverre ze hun stroomvraag kunnen afstemmen op de momenten dat er veel energie van windmolens en zonneparken het net in komt.”

Deuren zwaaien open

Ook met gemeenten, woningbouw-verenigingen, energiecoöperaties, projectontwikkelaars en andere betrokken partijen hebben netbeheerders steeds intensiever overleg. “De netten kunnen veel veranderingen aan, zolang we tijdig op de hoogte zijn en voorbereidingen kunnen treffen”, zegt Van der Leeuw. “Als het nog harder gaat dan het nu gaat, wordt dat wel ingewikkelder. Je bouwt bijvoorbeeld niet zomaar een onderstation om. En veiligheid gaat voor alles. Daarom hebben we in de aanloop naar ‘de grote verbouwing’ speciale gebiedsteams opgericht. Zij bedenken samen met onder andere gemeenten hoe we straks op grote schaal wijk na wijk van het aardgas af krijgen. Sommige gemeenten zijn daar al ver in, andere hebben nog geen idee. In alle gevallen kunnen wij onze expertise inbrengen en elkaar helpen de energietransitie tot een succes te maken. Iedereen voelt de urgentie en ziet dat we dit sámen moeten doen. Overal zwaaien de deuren open.”

‘Iedereen voelt de urgentie en ziet dat we dit sámen moeten doen’


Meer weten? Op onze website kunt u meer hierover lezen.