Snelle, wendbare wetgeving nodig om klimaatdoelen binnen bereik te houden

Om de klimaatdoelen van 2030 binnen bereik te houden, zijn nu concrete stappen nodig, onder meer in wet- en regelgeving. Dat zeggen de energienetbeheerders in reactie op de Klimaat- en Energieverkenningen 2020, die vandaag verschenen zijn. Om de energietransitie goed te faciliteren, zijn grote veranderingen in het Nederlandse energienet nodig. Die gaan nu vaak onnodig langzaam, doordat de benodigde wet- en regelgeving op zich laat wachten.

placeholder

De Klimaat- en Energieverkenningen (KEV) worden ieder jaar gepubliceerd door het PBL en geven een geactualiseerd beeld van de ontwikkelingen in het energiesysteem en van de uitstoot van broeikasgassen. De KEV 2020 constateert dat het doel van 49 procent reductie van broeikasgasemissies in 2030 ten opzichte van 1990 naar verwachting niet gehaald zal worden. In de KEV concludeert het PBL dat, van het kabinetsdoel om in 2030 49% minder broeikasgassen uit te stoten dan in 1990, nu 34 procentpunt in zicht is.

Tussenstappen

De netbeheerders zijn net als het kabinet vastbesloten om de in het Klimaatwet vastgelegde doel van 49% reductie in 2030 te behalen. Zij gaan daarbij graag het komende jaar in gesprek met de betrokken partijen hoe de uitvoering van de bestaande afspraken geïntensiveerd kan worden. Daarbij benadrukken de netbeheerders de blik niet alleen op de horizon van 2030 te richten, maar ook te kijken welke concrete tussenstappen nu noodzakelijk zijn om de doelen binnen bereik te houden. Ons energiesysteem maakt een revolutionaire ontwikkeling door, waarbij de netten – de ruggengraat van het energiesysteem – geheel anders en op andere locaties dan in het verleden benut worden. Onder meer de snelle groei van bijvoorbeeld zonneparken, levert in bepaalde delen van ons land een wachtrij op van gebruikers, die niet allemaal tegelijk toegelaten kunnen worden op het net. Op hele andere plekken neemt de vraag naar stroom door de komst van datacenters weer exponentieel toe, wat ook gefaciliteerd moet worden door het net uit te breiden.

De gezamenlijke netbeheerders benadrukken er voldoende basis gelegd moet zijn, voordat een volgend kabinet kan kijken naar de invulling van de aanvullende CO2-reductieopgave. Dat betekent  dat er extra randvoorwaarden nodig zijn om eventueel extra aanbod van duurzaam opgewekte energie goed in te passen in het systeem. Zo moet er duidelijkheid zijn over de vraag naar duurzame energie door de industrie, en is meer flexibiliteit en opslag en tijdige besluitvorming nodig. De netbeheerders roepen een volgend kabinet dan ook op om in 2021 al te besluiten over extra wind op zee. Alleen dan is er voldoende tijd beschikbaar om extra wind op zee aangesloten te krijgen voor 2030.

Broodnodige versnelling

De netbeheerders werken samen met overheden en marktpartijen om de druk op het energienet te verlichten en het net te verzwaren. Inmiddels zijn concrete oplossingen beschikbaar die gericht zijn op het maximaal benutten van het bestaande energienet, bijdragen aan het verminderen van stroompieken of zich richten op de snellere realisatie van nieuwe infrastructuur. Het blijkt echter lastig die oplossingen op grote schaal te benutten, onder meer omdat vaak wijzigingen in wet- en regelgeving nodig zijn. De Energiewet 1.0, waarin veel geregeld kan worden, laat waarschijnlijk nog een tijd op zich wachten. De broodnodige versnelling vraagt daarom om kleinere wetswijzigingen op de korte termijn. De wetgever zal sneller en wendbaarder moeten werken, om het tempo van de energietransitie bij te houden.

De netbeheerders wijzen er verder op dat het belangrijk is snel inzichtelijk te maken welke infrastructuur op welke locaties nodig is voor 2030. Het aanleggen van netinfrastructuur kost veel tijd; het realiseren van een nieuw transformatorstation kan wel zeven tot twaalf jaar duren. Tot wel 70% van die tijd gaat op aan ruimtelijke keuzes en procedures. Het is essentieel op korte termijn concreet te maken welke infrastructuur waar en wanneer nodig is, om de doelen van 2030 in zicht te houden.   

Toepasbare innovaties

​​Deze zomer publiceerden de netbeheerders een overzicht van zeven concrete oplossingen, om het net slimmer te gebruiken, die vaak op kleine schaal al werken. Door kennis te delen en de laatste belemmeringen weg te nemen, kunnen ze ook op grotere schaal worden toegepast.

Deze week brachten de netbeheerders bovendien een factsheet uit voor alle RES-regio’s, waarin ze tonen dat wel tot 60% bespaard kan worden op kosten, ruimte en tijd, door maatregelen op het gebied van systeemefficiëntie toe te passen.