Maak geplaatste laadpalen onderdeel van de woning en zet vakmensen nuttig in
Goede vakmensen zijn schaars, zeker gezien de enorme energietransitieopgave. Het is daarom zonde dat er jaarlijks zo'n 5.000 elektrische private laadpalen worden verplaatst of weggehaald. Dit omdat mensen verhuizen of van baan, auto of leasemaatschappij wisselen. De tijd die laadpaalmonteurs hieraan kwijt zijn, kunnen zij beter besteden aan het vooruitbrengen van de energietransitie.
Het aantal private laadpalen groeit snel. Nu zijn dat er bijna 400.000, in 2050 loopt dat naar verwachting op tot ruim 2 miljoen. Dat betekent ook iets voor het aantal verplaatsingen per jaar. Nu gaat het om zo'n 5.000 verplaatsingen per jaar. Maar als het aantal verplaatsingen in dezelfde mate meegroeit, betekent dat: 25.000 verplaatsingen per jaar.
"Dat betekent dat je heel veel mensen inzet op werk dat eigenlijk niet nodig is", zegt Martha van den Hengel, directeur van Mensen Maken de Transitie. "Laat de palen staan en zorg dat veranderingen zonder tussenkomst van monteurs kunnen plaatsvinden, het liefst met één druk op de knop, op afstand."
Verplaatsen kost tijd en gaat ten koste van de kwaliteit
Bij verplaatsingen komen twee extra problemen kijken. Het verplaatsen van laadpalen leidt namelijk tot kwaliteitsverlies en meer technische problemen. Hierdoor moeten monteurs ook na de verplaatsing vaker langskomen. Afhankelijk van de situatie op locatie duurt dit gemiddeld 4 tot 8 uur, exclusief reistijd.
Daarbij heeft elke laadpaalexploitant een andere aanpak. Sommigen verhuizen de paal mee naar het nieuwe woonadres. Anderen halen de paal weg of laten deze op het oude adres. Als de nieuwe bewoner de paal wil gebruiken, moet er ook een monteur langskomen om de paal weer gebruiksklaar te maken. Soms kan de vorige bewoner het 'eigendom' overzetten per formulier. In andere gevallen moet de laadpaal terug naar de leasemaatschappij.
"Een laadpaal zou een standaard onderdeel moeten zijn van een woning. In Noorwegen gebeurt dit al: bij ieder nieuwbouwhuis plaatsen ze standaard een laadpaal. ls zo’n paal eenmaal is geplaatst, moet hij blijven staan. Zo voorkom je onnodige verplaatsingen en blijft monteurscapaciteit beschikbaar voor al het andere werk dat moet gebeuren", aldus Van den Hengel.
Martha van den Hengel lichtte dit vraagstuk verder toe bij BNR Mobility. Wil je de uitzending terugluisteren? Klik dan op deze link.