Flexibiliteit in het veranderend energiesysteem

Bij de overgang van ons vraaggestuurde energiesysteem naar een weersafhankelijk systeem, zal het verschil tussen de vraag naar energie en het aanbod uit duurzame bronnen (zon en wind) steeds groter worden. Het verschil moet steeds worden overbrugd door inzet van flexibele middelen om het systeem in balans te houden en leveringszekerheid te kunnen garanderen.

De verschillen tussen vraag  en aanbod zullen permanent en steeds meer verschillen naarmate het aandeel duurzame energie uit weersafhankelijke bronnen in onze energiemix toeneemt. Per uur of per dag, maar ook per seizoen en zelfs per jaar. Daardoor is er een grote verscheidenheid van flexibele middelen nodig,  zoals opslag (in bijvoorbeeld batterijen) en conversie (omzetting van elektriciteit naar waterstof bijvoorbeeld, om dit later weer te kunnen inzetten voor de productie van elektriciteit.) 

In het rapport Het Energiesysteem van de Toekomst wordt de belangrijke rol van flexibiliteit en de variatie aan middelen uitgebreid beschreven (hoofdstuk 3). Ook is berekend hoeveel flexibiliteit er nodig is per voorbeeld-scenario en hoe we aan die behoefte kunnen voldoen.  Om een beeld te geven van het verschil met de huidige situatie: de aanbodpiek van hernieuwbare elektriciteitsproductie varieert voor de gebruikte scenario’s tussen drie tot zes keer de huidige elektriciteitsproductie. Daarnaast leidt forse elektrificatie van de industrie, huishoudens en mobiliteit tot een verdubbeling van de piekvraag ten opzichte van vandaag. Waar in het huidige energiesysteem de piekvráág een bepalende factor is voor de benodigde infrastructuur, kan dit in de toekomst het aanbod zijn

 Onderzoeksroadmap

Het ontwikkelen van flexibiliteit biedt grote kansen aan de markt; netbeheerders werken graag samen met marktpartijen aan innovatieve oplossingen om het energiesysteem in balans te houden. Ze stellen hun kennis en expertise ter beschikking om te komen tot optimale oplossingen. Het gebruik van data uit de netten is daarbij essentieel.

De rijksoverheid steunt de ontwikkeling van flexibiliteit  met programma’s en subsidies. Daarom werken de netbeheerders nauw samen met o.a. de Topsector Energie van het ministerie van EZK en het TKI-programma (Topconsortium Kennis en Innovatie).

Er zijn verschillende subsidieregelingen, waaronder MOOI, waarvoor projectvoorstellen voor flexibiliteit in het energiesysteem kunnen worden ingediend.

In de afgelopen jaren is via de bestaande onderzoeksprogramma’s van de netbeheerders en ook via Nationale onderzoeksprogramma’s zoals dat van TKI Urban Energy al volop geëxperimenteerd met flexibiliteit. Om de beschikbare kennis te delen en om inzicht te bieden in lopende projecten en pilots, hebben de netbeheerders een onderzoeksroadmap opgesteld, die steeds wordt geactualiseerd.